Op Teenslippers

Inmiddels is het 22.20 uur en heb ik een leuke avond achter de rug. Met een groepje Engelsen, Schotten, Fransen en Koreanen had ik afgesproken bij The Lagoon, een kunstmatig strandje aan de zee. 

Het grappige is dat ze hier in Cairns overal openbare barbecues hebben staan. Het enige dat ze vragen is dat je ze schoon achterlaat. Dus gedurende de hele dag staan er gezinnen, vriendengroepen of soms stelletjes (of dronken Aboriginals) te barbecuen aan het blauwe water. Zoals ik vanavond. Dan kom je aanlopen met je spullen, je drukt op een knop, de barbecue begint te gloeien en dan zit of sta je met zijn allen een paar uur gezellig te eten. En dat over het hele strand. Op de meeste plekken zouden die barbecues vernield of misbruikt worden, hier is dat dus niet het geval. 

Na de barbecue gingen we een biertje drinken in een bar. Niet mijn ding, dus ik was blij dat er een paar weer naar huis wilden. De wandeling terug duurde een half uur en loopt langs het strand. De laatste tien minuten liep ik alleen en dat is dan echt een Moet Je Mij Nu Eens Zien-moment. Alleen, langs de zee, tropisch klimaat, aan de andere kant van de wereld. Op teenslippers. Uiteraard. 

In Cairns

Zo. Inmiddels heb ik mijn eerste jetlagnacht achter de rug. Vreemd gedroomd. Nadat de roomservice ontbijt bracht (een omelet met sinaasappelsap), liep ik terug naar de jeugdherberg om daar te laten weten dat ik twee nachtjes in een hotel had geboekt. Men vond het geloof ik best. Vanavond slaap ik dus nog een nachtje in het (luxe) hotel en morgen slaap ik een nachtje in de herberg. Daarna (als het goed is) slaap ik een weekje in het vrijwilligershuis.

In de herberg at en dronk ik wat (er staan twee boodschappentassen bedoeld voor de Conservation Volunteers - daar hoor ik dus bij) en daarna liep ik naar de Coral Sea. Het weer is hier lekker warm en winderig (laten we niet vergeten dat het eigenlijk winter is).

Nadat ik twee koppen koffie aan de Esplanade had gedronken, liep ik verder het stadje Cairns in en bezocht ik het Cairns Museum aan Shields Street. Een beetje muf, maar goed voor anderhalf uur . Daarna liep ik terug naar het hotel en probeerde ik het zwembad uit.

Zo meteen ga ik naar The Lagoon (een stukje wit strand aan de Coral Sea) en daar ga ik met de andere vrijwilligers aan de barbecue.

Het is hier erg mooi en tot gauw!

De touwtjes in eigen handen

Amper in Cairns aangekomen (net eigenlijk) en nu al iets hopeloos verkeerds gedaan. Voor de eerste week vrijwilligerswerk werd ik zojuist in een jeugdherberg gestopt. Dat was ongeveer een half uur geleden. En ik dacht; wegwezen hier! Wat een smerig studentenhol. Overal lag ondergoed, iedereen leek met elkaar te vozen en het stonk er afschuwelijk. Overal harde muziek, strontpotten en plassen bier. Fijn als je twee dagen niet geslapen hebt. Dus nu heb ik mezelf in een gerieflijk hotel gestopt. Ik heb de vrijwilligersorganisatie een berichtje gestuurd en nu ga ik eerst zo heel lang douchen en daarna heel lang slapen. Later meer. Nu ben ik moe.

Twas The Day Before...

Online ingecheckt, rugzak grotendeels ingepeckt.
Alle accu's opgeladen en All Systems Are Go.

Het komt nu wel dichtbij. Maar geheel in Frank-stijl haalde ik vanmiddag pas de tas uit de berging en besloot ik het daarna op een strijken te zetten. Niet dat het helpt. In het buitenland zie ik er altijd uit alsof ik gehuld ben in crêpepapier. Vandaag heb ik nog even online contact gehad met het Reef Adventure Centre (over het eventueel halen van een Open Water duikbrevet) en we hadden het over de bloederige haaienfilm The Reef ("Terrible movie, Frank. Extremely misleading!"). Die film heb ik gisteren (nogmaals) gezien. Wellicht niet een van mijn briljantste invallen, zo vlak voor mijn vertrek naar het betreffende haaiengebied uit de film.

Laten we niet vergeten dat ik de eerste week vrijwilligerswerk zal doen in de natuur van Australië. En in een soort van vrijwilligerskamp terecht zal komen. Uit ervaring weet ik dat zoiets een schoolplein voor volwassenen is. Met groepjes, roddels en ruzies. Maar meestal houd ik me daar buiten. Nee. Echt. Ik word ook een jaartje ouder. Ik reis niet naar de andere kant van de wereld om verstandelijk vijftien jaar terug in de tijd te gaan.

Afijn. Tijd om nog even de koelkast leeg te eten.